Vlaardingse Vaart
Tussen Schipluiden en Vlaardingen ligt de Vlaardingse Vaart, wel bekend als de Vlaardingervaart. Een vaarwater dat rond 1250 is ontstaan, deels door het verbinden en van een aantal kreken en deels door het aanleggen van een kanaal. Een belangrijke rede was de waterhuishouding van het Delfland. Bij Vlaardingen Ambacht waren er de Rijswijkse en Schipluidense sluis, bij Maassluis de Monsterse en Wateringse sluis. Vernoemd plaatsen gelegen in het Delfland.
Veerpont De Trekschuit
Een paar honderd meter westelijk van Vlietzicht kan er worden overgevaren van de Zouteveense polder tussen Schipluiden en Vlaardingen, en de Maaslandse Duifpolder. Een overtocht van enkele tientallen meters maar wel een afwisseling voor de wandelaar en wielrijder. Het pontje is onbemand en daarmee zelfbediening, er is geen schipper. Maar door aan de lieren te draaien wordt het pontje naar de overzijde van de Vlaardinger Vaart gevaren. Wel is het pontje voorzien van accu’s en een zonnepaneel om het pontje ook in het donker zichtbaar te laten zijn.
Poldergemalen
De polders van het Delfland worden al sinds het ontstaan droog gehouden door sloten, vlieten en vaarten. Wanneer mogelijk door spuien en overlopen, maar later door windmolens en stoom-, diesel- en elektrische gemalen. Dit werd meer en meer van belang bij het inklinken van het drassige polderland. Waarmee ook de Vlaardinger Vaart hoger kwam te liggen dan het omliggende polderland. Ter vervanging van de verouderende gemalen laat het hoogheemraadschap Delfland elektrische gemalen bouwen volgens eenzelfde ontwerp dat past in het landschap, grotendeels transparant en met een dak met gras bekleed. Zie op de foto ook de overvliegen zwaan.
Bijzonderheden
In 1912 werd er bij Schipluiden een spoorbrug aangelegd voor de Westlandse Stoomtramweg Maatschappij.
Jaagpad en spoorbrug
Bij Schipluiden ligt er een voormalige trambrug, nu in gebruik als fietsbrug. Deze spoorbrug dateert uit 1912 en behoorde tot de Westlandse Stoomtramweg Maatschappij. Welke een stoomtramverbinding onderhield van Delft naar Maasland, Maassluis en De Lier. De aanleg van de spoorbrug had letterlijk en figuurlijk nogal wat voeten in de aarde, want het voetpad langs de Vlaardinger Vaart fungeerde ook als jaagpad. Trekschuiten werden door menskracht of paardenkracht voortgetrokken vandaar de naam trekschuit. Maar een spoorbrug mocht het jaagpad niet in de weg liggen. Vandaar dat bij Schipluiden niet alleen de Vlaardinger Vaart, maar ook het jaagpad overbrugt diende te worden. Een langere spoorbrug bood de oplossing.
Rolpaal langs de Vlaardinger Vaart
Vlieten als de Noordvliet en de Vlaardinger Vaart zijn uitgezonderd van wat flauwe bochten relatief recht. De paarden of de jagers op het jaagpad kunnen daarmee relatief eenvoudig een trekschuit voorttrekken. Anders is dat bij een scherpe bocht. Dan komt de jaaglijn schuin over het jaagpad, en hinderlijk in struikgewas raken. Ook voor tegenliggers kan het lastig zijn. De rolpaal in de bocht voorkomt dit ongemak. Het rollende gedeelte verminderd daarbij de weerstand en houdt de jaaglijn aan de kant.
