Via Søendsjon naar Kjønnøya

Na Ristafallet hebben we een paar dagen op een camping gestaan bij Søendsjon in het grensgebied tussen Zweden en Noorwegen. Dat klinkt Scandinavisch en folkloristisch, maar de weersomstandigheden en de leegheid van de omgeving hebben ons doen besluiten richting het zuiden te gaan. Wat het weer betreft, we bevonden ons bij Søendsjon nabij een hooggelegen bergmeer. En daar waren de temperaturen ook naar, overdag rond de 12° Celsius en een luchtvochtigheid van 85%. Het water kookte al bij lage temperaturen, dus dronken we lauwe koffie en thee. Daarbij blijkt in dit gebied het zomerseizoen voorbij te zijn, slechts een paar caravans en campers op een verder leeg kampeerterrein.

Wat doen wij hier met een tent? Om ons heen campers en caravans! En overnachtingen in hytters ofwel houten hutjes. De omgeving is indrukwekkend met uitgestrekte bossen maar uiterst dun bewoond. Drie a vierhonderd kilometers rijden door bossen en bergen en langs meren, een gebied met slechts hier en daar een nederzetting met deels verlaten huizen. Onder de indruk van deze desolaatheid zijn we naar het zuiden getrokken, om een camping te vinden aan de fjorden van het Skagerak vlak bij Langesund. Kjønnøya heet het schiereiland waar we staan, aan het Trosby-fjord. Wij staan net op het smalle strookje rots en grond dat de verbinding vormt met het volgende eilandje. Het is het Noorwegen van de reisgidsen en de idyllische plaatjes met houten huizen en Noorse wimpels aan de fjorden met tussen de rotsen aanlegplaatsen met bootjes. Een gebied waar in het verleden houten scheepsbouw plaats vond, in  de tijd van Napoleon werden kapers op de kust nauwlettend in de gaten gehouden, tegenwoordig kun je er vooral vakantiehuisjes huren. Geen fjord om in het donker met je scheepje aan te lopen! Wel een mooi plekje om de tent op te zetten!