Grote of St. Bavokerk Haarlem
Aan het westelijke uiteinde van de Grote of St. Bavokerk van Haarlem bevindt zich het door Christiaan Müller in 1738 opgeleverde hoofdorgel. Het zogenoemde Müller-orgel. Een indrukwekkende verschijning waarvan wel wordt gezegd dat het Haarlemse orgel het meest gefotografeerde van de wereld is. Wat aansluit bij de intentie van het stadsbestuur van Haarlem in de 18e eeuw. Een opzienbarende attractie voor wie Haarlem aan zou doen. Een wonder van kunst, muziek, techniek en allure. Dat het daarbij dienst zou kunnen doen voor de begeleiding van de samenzang tijdens kerkdiensten, dat was eigenlijk bijzaak.
Orgel als statussymbool
Pracht en praal, dat kun je wel stellen. Aan de orgelkas van het door Müller gebouwde orgel bevinden zich al met al eenentwintig levensgrootte beelden toegerust met snaar- en blaasinstrumenten, samengesteld uit houtsnijwerk van de Amsterdamse kunstenaar Jan van Logteren. Het pijpwerk in de meekrap rode orgelkast wordt omlijst met vergulde versieringen. Op 30 meter hoogte boven de grond prijkt het stadswapen van Haarlem met de wapenspreuk ‘Moed heeft het geweld overwonnen’ geflankeerd door twee leeuwen. Onder het rugwerk aan het orgelbalkon marmerwerk met afbeeldingen uit een andere werkelijkheid. Uit alles blijkt het te gaan om pracht en praal, roem en eer. Het orgel getuigt bij lange na niet van de gematigdheid van de reformatie, waar kerkhervormers als Johannes Calvijn zo voor gingen. Maar dat was ook niet de bedoeling van het orgel. De intentie was laten zien dat Haarlem het heeft gemaakt. Het orgel is er dan ook niet gekomen door het kerkbestuur, maar door het bestuur van de stad.
Opstand der Nederlanden 1568-1648
We schrijven de achttiende eeuw. De 80-jarige oorlog ofwel de Opstand der Nederlanden, waarin koning Filip II het Spaanse Rijk bestierde dat zich tot aan de Nederlanden uitstrekte was al negentig jaar voorbij. Evenals de godsdienstoorlog met enerzijds het katholicisme, verwant aan de Spaanse koning, en anderzijds het protestantisme gelieerd aan Willem van Oranje, die een sleutelrol vervulde in de Opstand der Nederlanden. Haarlem was in die tijd op zeker moment een Spaanse enclave geweest met opstandige protestanten binnen en buiten de stadsmuren. Schermutselingen en belegeringen hadden duizenden levens gekost. Ook een ‘beeldenstorm’ was aan Haarlem niet voorbij gegaan. Protestanten namen katholieke kerken en kloosters in, katholieken bouwden hun eigen heilige huisjes in schuilkerken. Ook de van origine katholieke St. Bavokerk heeft eraan moeten geloven. En werd ontdaan van heiligenbeelden.
Christiaan Müller orgel uit 1738
Maar in de achttiende eeuw heeft de stad Haarlem zich hersteld, sterker nog, Haarlem ging het maken, ging zichzelf op de kaart zetten. Het laten vervaardigen van een magnifiek orgel dat kunst en techniek samenvat en glans en glorie tentoon spreidt zal opzien baren, zal het stadsbestuur hebben bedacht. Zeker wanneer er grootheden en beroemdheden langs zullen gaan komen om ‘ons’ orgel te bewonderen en te bespelen. Dat waren onder andere de componist George Friedrich Händel (1685 – 1759) en Wolfgangs Amadeus Mozart (1756 – 1791). Händel leefde zich uit op de klavieren van het orgel in 1740 en 1750, Mozart vertoonde zijn kunsten als tienjarig ventje in 1766. En daar zijn ze in Haarlem nog altijd trots op.
Orgelbouw
Over orgels valt vaak veel te vertellen. Over uitbreidingen, restauraties, oorspronkelijk pijpwerk, de dispositie en het windwerk. Zo is er ook aan het Müller-orgel wel wat gesleuteld, wat veranderd en weer hersteld aan de stemming en intonatie. In recente tijden hebben gerenommeerde orgelbouwers als Marcussen & Son (Denemarken) en Flentrop Orgelbouw (Zaandam) aan het orgel gewerkt. In algemene zin klinkt het orgel momenteel bij benadering zoals het klonk als in 1738.
Orgelregisters
Om er verder van te schrijven: het instrument wordt bespeeld door middel van de drie manualen en het pedaal, telt 64 registers (verschillende stemmen) en bevat zo’n 5000 pijpen waarvan ongeveer 4500 orgelpijpen dateren uit 1738. De kas van het orgel is van grenenhout maar geschilderd in de kleur als ware het mahonie met meekrap, de pijpen waarvan de grootsten een lengte bereiken van bijna 11 meter om de lage bestonden te bereiken zijn vervaardigd uit een legering van lood en tin. De laagste tonen van het pedaal komen van de Principaal 32’, de hoogste tonen van het bovenwerk van de Flageolet is 1 1/2’. Deze kleinste pijpjes zijn daarmee enkele centimeters lang. George Friedrich Händel zou gecharmeerd zijn geweest van de Vox Humana 8’ geplaatst in het bovenwerk, het register dat de menselijke stem nabootst.
Indrukwekkend
Het instrument dat Christian Müller in opdracht van het stadsbestuur van Haarlem heeft gerealiseerd is hoe dan ook een indrukwekkend geheel op tal van terreinen, zowel architectonisch, cultureel en muzikaal terrein, een functioneel sieraad voor de stad en de St. Bavokerk. Wanneer je de Grote Kerk van Haarlem bezoekt kan het Müller-orgel je niet ontgaan. Zelfs wanneer het niet wordt bespeeld.
Lees hier meer over het Christiaan Müller orgel